De Alocasia, ook wel de Olifantsoor genoemd vanwege zijn grote bladeren, komt oorspronkelijk uit de tropen van Azië en dan voornamelijk India. In de tropische regenwouden worden de bladeren van deze plant als schuilplekken gebruikt. De bladeren kunnen een een doorsnede van 150 centimeter krijgen en bieden zo voldoende beschutting.
Water
De plant komt dus oorspronkelijk uit de tropen en is daarom gewend aan veel vochtigheid. Je wordt aangeraden om de grond altijd een beetje vochtig te houden. Geef daarom de plant iedere week een beetje water. In de winter staat de plant in ruststand en heeft dan minder water nodig. Daarnaast verlangt de plant naar veel vocht, dus sproei de plant eens in de week.
Licht
De plant is redelijk soepel als het om licht gaat. Plaats de plant op een plek waar hij voldoende licht ontvangt, maar niet de hele tijd in direct zonlicht staan. Het is ideaal voor de plant als je hem plaatst voor een raam op het oosten of westen. Let wel op dat je de plant niet boven een verwarming neerzet, daar is het namelijk te droog voor de plant.
Verpotten
De plant kan uiteindelijk wel twee meter hoog worden. Om dit voor elkaar te krijgen heeft de plant wel genoeg ruimte nodig om door te kunnen groeien. Verpot de plant eens in de twee jaar in een pot die minstens 20% breder is dan de vorige pot. Het beste is om de plant in januari of februari te verpotten, zo kan de Alocasia wennen aan zijn nieuwe plek voordat de groeifase begint.
Symbool Alocasia
De Alocasia is ‘de boom die in de hemel groeit’. De plant staat symbool voor kansen nemen als die zich voordoen, ook als ze risicovol zijn. Kijk hier voor meer prachtige kamerplanten en groentips voor je interieur. Beeld: Pinterest
