Ultiem genieten lukt in deze droomlodge. Lees verder en neem via de foto’s een kijkje binnen in dit fantastische farmhouse in Afrika waar je droomt met je ogen open.
Dobberend
Het is moeilijk kiezen, maar misschien is de allerbeste plek wel het ligbad, in de tuin. Vooral ’s avonds, als huishoudster Joyce een kring van olielampen om de badkuip plaatst en hem vult met warm, geurend water. Gewichtloos dobberend, luisterend naar de geluiden van de bush, zie je met een beetje geluk nog net een antilope wegspringen in de struiken achter het huis. De indigoblauwe nacht maakt donkere silhouetten van de bomen. Erboven fonkelen miljoenen sterren. Dit is Afrika, het continent waar alle zintuigen op scherp staan. We zijn in het Morukuru Farm House in Zuid-Afrika. 
Ook mooi: De schitterende tuinen van Babylonstoren in Zuid-Afrika
Een explosie van leven
Hier kómen was al een avontuur. Een kleine Cessna tilde ons op uit het verkeersdrukke Johannesburg en bracht ons binnen vijftig minuten naar het Madikwe wildreservaat, een afgelegen natuurpark net onder de grens met Botswana. Terwijl de motoren brulden, golfde onder onze voeten een groene vlek van 75 duizend hectare. We zagen olifanten en giraffen tussen het dichte gebladerte. Met kloppend hart luisterden we naar de piloot, die vertelde dat hier beneden ook leeuwen, luipaarden, cheeta’s, neushoorns, nijlpaarden, zebra’s en hyena’s leven. Samen met duizenden impalas en gnoes. En meer dan driehonderd soorten vogels. 
Dieren spotten vanaf het terras
Nou, die vogels hoor je als je ’s morgens wakker wordt in het Morukuru Farm House. Tegen die tijd, om half zeven, staat de koffie al klaar: het huis beschikt over een privéstaf, waar ook een butler en chef-kok deel van uitmaken. De lodge is uiterst luxe en toch naturel ingericht, met veel hout en steen, waardoor het gevoel in een Afrikaans wildpark te zijn op geen enkele wijze verstoord wordt. Er zit een golfplaten dak op, passend bij de bouwstijl in Afrika. Zowel aan de voor- als zijkant is een ruime veranda. “Je hoeft het wildpark niet in om de natuur te ontdekken”, zegt Anka Reijnen, samen met haar man Ed Zeeman eigenaar van Morukuru Farm House. “Kleinere dieren komen tot dicht bij het huis. Je kunt ze spotten vanuit je terrasstoel.” De Big Five leven praktisch in de achtertuin, maar in Afrika op safari gaan is méér dan ‘dieren in het wild afvinken’, aldus Anka. “Het is genieten van de schoonheid van de seizoenen en één zijn met de natuur.” Zodra zij en haar man hier aankomen, weten ze niet hoe snel ze in de klaarstaande safari-auto moeten springen. Om met de wind in het haar een oranjerode zon achter de heuvels te zien zakken. Op een mooi plekje serveert ranger Andrew hen dan een gin-tonic. “Op dat moment ben ik thuis”, lacht Anka. “Hoewel ik zielsgelukkig ben in Nederland, voelt Zuid-Afrika voor mij als thuiskomen.” 
Lees ook: Tentsafari in Afrika
Privéstaf op stage in Nederland
Het was Ed die hier in 2004 een stok in de grond plantte. Daar, precies tussen twee tambotibomen in – ‘morukuru’ in de lokale taal – moest hun lodge gebouwd worden. Ed en Anka hadden zojuist vijfhonderd hectare grond gekocht in het wildreservaat, met in eerste instantie de droom om er alleen voor henzelf een vakantiehuis te bouwen. Anka: “Maar als je een goede staf aan je wilt binden, moet je het hele jaar door voor bezigheden zorgen, ook als we zelf in Nederland zijn. Dus hebben we meer lodges gebouwd. Zo hebben onze super chefs en huishoudsters het hele jaar door gasten te verzorgen.” In het Farm House worden logés dus uitzonderlijk goed in de watten gelegd. “Ook qua indeling hebben we gekozen voor Europees”, vertelt Anka. “Een safarilodge in Afrika bestaat meestal uit één hoofdgebouw met de slaapkamers als losse huisjes eromheen gegroepeerd. Wij hebben echte huizen gebouwd, met de slaapkamers ín het huis. Elke groep, ook een gezin, heeft zijn eigen huis, zwembad en tuin, en daarmee zijn privacy.” 
Dineren onder de tamboti-boom
Terug naar de tuin, naar het bad onder de sterren, waar Joyce olielampen plaatst ter verhoging van de sfeer. Voordat het wordt gevuld met water, zoekt butler Evanz nog naar het meest idyllische plekje om het diner te serveren. Hij vindt het onder het bladerdak van een tamboti-boom. We schuiven aan. Wat kan Afrika betoverend zijn. 
TEKST: JOHANNA HOOGENDAM | BEELD: LOUIS LEMAIRE
