Seasons brengt de leukste natuurpaviljoens in kaart en tipt wat eromheen allemaal te zien en te doen is. In deze aflevering: Grand Café Groeneveld.
Botanische prenten
Op het terras brandt een houtvuur, maar binnen is het toch echt warmer. Dat spreekt me meer aan na een tintelfrisse wandeling over Landgoed Groeneveld. Grand Café Groeneveld zit in het oude koetshuis van het kasteel. De koetsdeuren zijn vervangen door ruiten van vloer tot plafond die een fraai uitzicht op het park bieden. Door de zijramen zie ik de voorgevel van het kasteel met als blikvanger het wapen van Pieter Hasselaer, burgemeester van Amsterdam en van 1739 tot 1755 eigenaar van Groeneveld. Groen is het ook in het Grand Café: boven de bar hangen enorme botanische prenten met bloemdoorsnedes van paardenbloem en kamille, een kolossaal boeket torent boven de tafels uit en op mijn tafeltje dampt al gauw een kop verse muntthee. Ook de ingrediënten die in de keuken gebruikt worden, zijn zo veel mogelijk biologisch en een groot deel komt van het landgoed zelf, uit de moestuin of van Hoeve Ravenstein, de boerderij die al sinds 1766 de keuken van Groeneveld van levensmiddelen voorziet.
Wandelen over het landgoed
In het begin van de achttiende eeuw was een toerist in Amsterdam een zeldzaamheid en de drukte op straat niet te vergelijken met die van nu. Maar ook toen waren er al stedelingen die buiten moesten bijkomen. Amsterdammers met geld. Zoals Marius de Mamuchet van Houdringe, die een buiten bij Baarn kocht en er een huis liet bouwen. De tuin liet hij aanleggen in de toen modieuze Franse landschapsstijl: strak en symmetrisch. Eind negentiende eeuw keken de landschapsarchitecten -en de toenmalige eigenaren van Groeneveld- liever naar Engeland. Daar kregen de tuinen slingerende paden, kronkelende watertjes en onverwachte doorkijkjes. Staatsbosbeheer reconstrueerde het Groeneveld van nu in een mengvorm van die twee stijlen. Een zes kilometer lange wandeling voert langs de hoogtepunten.
Bankje in de winterzon
Aan de voet van de Wijnberg scharrelen eenden op het dunne ijs, een roodborst hopt van tak naar tak. Het bankje op deze heuvel staat precies goed. Niet alleen halverwege de rondwandeling, maar ook nog eens recht op het winterse zonnetje. En dus helemaal goed voor een korte pauze en een extra blik op de bomen van het landgoed. Groene- veld heeft nogal wat bijzondere bomen; de eigenaren plantten trompetbomen aan, gingko’s, moerascipressen en tulpenbomen in een tulpenbomenbos. En wie weet waren er destijds ook plannen om druiven te verbouwen. Dat zou een verklaring kunnen zijn van de naam Wijnberg, die ontstond na het graven van de vijvers. Een andere is dat de arbeiders na afloop van het zware graafwerk een kruikje wijn kregen.
Door een tunnel van rododendrons
Terwijl de meesten van ons graag wat zonnestraaltjes meepikken, werden die door de adellijke dames van weleer vermeden. Daar zouden ze eens bruin van kunnen worden, en bruin waren in die tijden alleen de arbeiders die lange dagen op het land werkten. Zonder parasolletje gingen ze zeker niet naar buiten en om het zekere voor het onzekere te nemen, stapten ze het liefst door een berceau op en neer. Om nou te zeggen dat ik me adellijk voel gaat te ver, maar een aardige gewaarwording is het wel, wandelen door een tunnel van groenblijvende rododendrons.
Historische ijskelder
In de vijver achter de ommuurde moestuin van het kasteel weer zo’n bijzonderheid: een eiland vol azalea’s. In dit jaar-getijde zijn de planten in winterrust. Net als de grootoorvleermuizen die de ijskelder onder de rododendronheuvel in bezit hebben genomen. In de achttiende eeuw werden ’s winters brokken ijs uit de vijvers gezaagd en in de kelder opgeslagen. Dankzij de dikke muren en de zandlaag over het dak bleef het ijs tot diep in de zomer bevroren om fruit, groente, vlees en wijn mee te kunnen koelen.
Naar Groeneveld?
In Grand Café Groeneveld kun je goed en duurzaam eten in een moderne setting op een grandioos plekje. Entree voor de rest van het kasteel en de tentoonstellingen die daar te zien zijn: € 6,50. Op zaterdag en zondag zijn er rondleidingen (tussen 12.00 en 15.45 uur). De kasteelwinkel is vrij toegankelijk, daar vind je wandel- en ansichtkaarten, maar ook cadeaus voor huis en tuin, vaak gerelateerd aan de natuur. Groeneveld 2, Baarn, www.kasteelgroeneveld.nl
Mis ’t niet
Xylotheek in de linnenkamer De achttiende eeuw, in Groeneveld kun je er niet omheen. Ook uit die eeuw stamt de xylotheek die in de oude linnenkamer van het kasteel wordt tentoongesteld. In die tijd maakte je goede sier met een natuurverzame- ling in huis: schelpen, insecten of opgezette dieren. Of een houtverzameling. Elk boek (dat in wezen een kistje is) in deze bibliotheek is van een andere houtsoort. In het kistje zitten delen van de betreffende boom: twijgjes met bladeren, zaad, bloemen, stuifmeel, een stukje wortel. Shoppen bij de boer In de winter is het land te nat voor de negentig Belgische witblauwen – een Belgisch koeienras – van Hoeve Ravenstein. “Maar de staldeur staat altijd open”, zegt boer Jan Tupker. Sinds 1766 hoort Hoeve Ravenstein bij Landgoed Groeneveld. Het leuke van deze boerderij in de bossen is dat je vrij over het erf en in de stallen mag struinen. De boerderijwinkel verkoopt natuurvlees van de eigen koeien en veel andere biologische en streek- gebonden producten. Ravenstein staat ook bekend om het ruime assortiment glutenvrije waren én om de des- kundigheid van de medewerkers. In het Boerderijcafé kun je biologisch gebak en broodjes eten. Tot begin januari staat er een levende kerststal op het erf, plus een enorme boom waar je een wens in kunt hangen. De familie Tupker laat er elk jaar twee in vervulling gaan. www.hoeveravenstein.nl Lees ook: Leuk voor na de wandeling: Boshuis Venkraai in Brabant TEKST: ANNEMARIE BERGFELD | FOTOGRAFIE: LAURENCE DELDERFIELD