Column 8 Huib loopt de Camino

Marloes Blom

11 augustus 2021

Santiago Compostella

Huib heeft liefst 32 kilometer in de benen zitten en is maar wat blij dat hij Hontanas bereikt. Plotseling staat de 75-jarige Felix naast hem, die hem trots deelgenoot maakt van zijn droom: een herberg-de-luxe, voor pelgrims.

Uitpuffen in Hontana na 32 loodzware kilometers

Het is drie uur ‘s middags. Hontanas, gelegen in een kom, duikt geen moment te laat op na een zware etappe van 32 kilometer over de Meseta. De twee liter water die ik vanochtend heb ingeslagen, is er bijna doorheen, mijn voeten doen overal pijn. Voor tien euro strijk ik neer in de gemeentelijke herberg. Neem een douche, was mijn kleren, ga een uurtje plat. Het is nog steeds warm als ik met verkrampte passen de hoofdstraat verken. Uiteindelijk vlei ik neer op het terras van Albergue Santa Brigida. Bestel een dagschotel, zie het zonlicht steeds lager over de daken schijnen. Mijn lijf gloeit. Het besef dat er maar weinig nodig is om geluk te ervaren, komt in golven. camino

Felix (75) en zijn – waargemaakte – droom

Plots staat er een oudere man naast me. Kaal, mager, gele huid, mondkapje strak voorgebonden. ‘Señor…’ Met glinsterogen wenkt hij me. Of ik twee minuten heb. Felix, 75 jaar, is eigenaar van de herberg. Zwijgend leidt hij me het onderkomen in, trap af, deur door. ‘Prohibido entrar’ zie ik vanuit mijn ooghoek op de deur geschreven. Het volgende moment sta ik in een zaal, twee keer zo groot als de rest van het gebouw. Alles ruikt nieuw. Splinternieuwe stapelbeden staan op ruime afstand van elkaar, een enorm balkon biedt uitzicht over de kerk en de graanvelden. Op de benedenverdieping is een imposante Spa in aanbouw. Pelgrim-de-luxe. In maart wordt de boel opgeleverd. ‘Mijn droom,’ knikt hij. Felix wil dit delen. Hij is trots, want het leven heeft hem gegeven wat hij wilde. ‘Dertig jaar in Cuba werken, opent je ogen. Drie keer de camino lopen evengoed.’

‘Buen camino’, klinkt het zacht

Toen hij voor het eerst als pelgrim Hontanas aandeed, viel hij als een blok voor het idyllische plaatsje. Plantte er het zaadje voor zijn droom – die luxeherberg. ‘Doe ik voor mijn kinderen en kleinkinderen, dan hebben ze later werk’, zegt hij. En hijzelf dan? Hij haalt z’n schouders op. ‘Ik heb leukemie. Waarschijnlijk heb ik niet heel lang meer.’ Tien minuten later zit ik weer op het terras, als Felix langs me loopt en zachtjes wuift. ‘Buen camino’, zegt hij. Zijn ogen glinsteren nog steeds.  

Huib loopt van Lourdes naar Santiago de Compostella en schrijft hier voor Seasons wekelijks een column over. Je kunt hem op de voet volgen op Instagram, via @huib.loopt.

Lees hier Huib’s eerdere columns