Reizen door Schotland: op stap met de ’the tweed boys’

Marloes Blom

30 november 2020

Tweedboys Schotland

Van links naar rechts Hugh, baasje van hondje Lila dat overal met hem mee naar toe gaat. Daarnaast Ian en nog een keer Ian, Donald en tot slot George, onze gids.

Deze jachtopzieners – die zichzelf gekscherend ‘the tweed boys’ noemen – hebben slechts één missie: de natuur beschermen. Ze nemen ons mee door het ruige, lege landschap van Sutherland, helemaal in het hoge noorden van Schotland.

Rijden door ruig en lieflijk landschap

Of we een auto met winterbanden willen? Twijfelend werpen we een blik door het raam van het autoverhuurbedrijf in Edinburgh. Het is half november, de hemel is licht bewolkt. Geen spoor van een sneeuwlucht. Over een paar uur is het donker. We hebben nog een lange reis te gaan, dwars door de Highlands naar Sutherland in het uiterste noorden. Daar kan het weleens spoken, dus ja, doe toch maar. Onze veilige keuze blijkt later goed uit te pakken. Onderweg worden we verrast door dikke vlokken sneeuw die langzaam het oneindig lege, woeste landschap wit kleuren. De sneeuwstokken aan weerzijden van de weg hadden ons al moeten waarschuwen. Onze mobieltjes hebben hier geen bereik. Je zou maar vast komen te zitten. Een dik uur geleden passeerden we het laatste gehucht Lairg, aan de oever van Loch Shin. Daarna ging de gewone weg over in een 61 kilometer lange, smalle kuilenweg. Dwars door de overweldigende natuur van Sutherland. Zo veel ruimte en leegte is wennen voor het oog. Nergens bebouwing, alleen maar glooiende heidevelden met varens, laurierstruiken en hier en daar een door de wind kromgebogen boom. Rechts ligt de grillige kust, links in de verte ligt het bergmassief Ben Loyal waarvan de vier toppen besneeuwd zijn. We spotten een kleine kudde edelherten boven op een heuvelflank. Hun silhouetten steken scherp af tegen de loodgrijze hemel. Als we bijna bij de noordwestkust zijn, is de sneeuw verdwenen en kijken we uit over de oceaan. De ruigte heeft plaatsgemaakt voor een lieflijk landschap met groene weides en huizen van natuursteen met felgekleurde deuren. Het ruikt naar turf en zeezout. Tweedboys Schotland

Alleen op de wereld

Als we bij ons logeeradres in Tongue vertellen dat we zopas nog in de sneeuw hebben gereden, kijkt niemand verbaasd op. “Hier vind je vier seizoenen in een dag”, is het berustende weerwoord. ’s Winters zijn de kustbewoners soms drie weken afgesneden van de rest van de wereld en is iedereen op elkaar Vooral een lange adem hebben en de natuur aangewezen. Dat versterkt het besef dat we ons, zo relatief dicht bij huis, nog nooit zo alleen op de wereld hebben gevoeld. Het landschap heeft er niet altijd zo uitgezien. Ooit waren hier bossen, maar de bomen moesten ruim anderhalve eeuw geleden wijken voor de wolindustrie. Hier graasden de grootste schaapskuddes van Europa. Rond dezelfde tijd koos koningin Victoria het Schotse Balmoral uit tot koninklijk jachtkasteel. De rest van de adel volgde in haar spoor en kocht landgoederen waar ze hun enorme jachthuizen lieten bouwen. Voor hen was een kaal terrein ook zeer wenselijk, al lieten ze wel hier en daar kleine bosschages planten waar het wild zich kon schuilhouden.

Meet the tweed boys

De jonge, enthousiaste organisatie Wildland wil weer terug naar de oorspronkelijke, Schotse natuur en koopt voor dat doel grote stukken land op die ze samenvoegen tot aaneengesloten landgoederen. Hun aanpak? Vooral een lange adem hebben en de natuur zo’n tweehonderd jaar lang zijn gang laten gaan. Een beetje sturing mag, zeker in deze beginfase. Opkomende niet-inheemse bomen en struiken worden uitgetrokken en ook de edelhertenpopulatie wordt op een gezond peil gehouden. Een teveel aan herten kan schade aanrichten aan jong, spontaan opgeschoten inheems groen. Vandaar dat elk landgoed eigen jachtopzichters in dienst heeft die het terrein op hun duimpje kennen en daarom ideale gidsen zijn voor de gasten die op de landgoederen verblijven. Ze kunnen gasten ook mee uit vissen nemen of een pony regelen voor een picknick in de vrije natuur. Wij ontmoeten maar liefst vijf jachtopzichters (van twee Wildland landgoederen) bij ons logeeradres in Tongue. Ze noemen zichzelf gekscherend ‘the tweed boys’ omdat ze allemaal gekleed zijn in degelijk Schots tweed. Aan de ruit kun je herkennen bij welk landgoed ze in dienst zijn. De jongste tweed boy, George Kennedy, neemt ons een dagje mee in zijn stoere landrover. Ook met een tweed boy op stap? Kijk op wildland.scot/wild-experiences.

Tweedboys Schotland

Van links naar rechts Hugh, baasje van hondje Lila dat overal met hem mee naar toe gaat. Daarnaast Ian en nog een keer Ian, Donald en tot slot George, onze gids.

Meer mooie beelden van deze reis door Schotland zie je in Seasons 11 – eenvoudig te bestellen via de webshop. CREDITS: TEKST MARGRIET DE GROOT I FOTOGRAFIE PAULINE JOOSTEN