Gelukkig kom je ‘m steeds meer tegen als je door een stad struint: de geveltuin. In allerlei variaties, en daar zijn we maar wat blij mee. Het vrolijkt de buurt op, is goed (en o zo hard nodig) voor de insecten, en last but not least: je kunt zelf lekker aan de slag. Het boek ‘Geluk zit in een groen hoekje’ staat vol met inspiratie voor allerlei tuinen, uiteraard ook voor de geveltuin. Wij mogen het stappenplan delen. Heb je nog geen geveltuin? Aan de slag!
Een geveltuin: hierom
Tulpen, stokrozen, een passiebloem die het langs de regenpijp hogerop zoekt, een waterval van blauweregen… Rechttoe-rechtaan-straatjes krijgen met levend groen direct iets charmants. En gevelgroen heeft nog veel meer voordelen. Een geveltuin fleurt het straatbeeld op, en daarmee de passanten. Bloemen en planten voor je huis doen ook iets voor diertjes: ze bieden voedsel en verblijfplekken. Daarnaast koelt het groen de gevel in de zomer en isoleert dit in de winter. Het geeft zuurstof af en zuivert de lucht: al het fijnstof dat het blad opvangt spoelt met de volgende regenbui de grond in. En dat is nog niet alles: het groen dempt geluid waar een kale muur dat geluid weerkaatst. En dan draagt een tuintje voor je huis ook nog bij aan het watermanagement in de buurt. Maar bovenal is een geveltuin heel gezellig, zeker als je er een bankje in zet, er koffiedrinkt… dat nodigt uit tot het maken van een praatje. Er zijn dus nogal wat redenen om je over te halen een geveltuin aan te leggen.
Zo maak je zelf een geveltuin
Ook een geveltuin? Zo pak je dat aan:
- Heb je een huurhuis? Vraag bij de eigenaar van de woning om toestemming voor een geveltuin.
- Heb je een volmondig ja, zoek dan op de website van je gemeente op ‘geveltuin’ en lees hoe je een geveltuin kunt aanvragen. Sommige gemeenten bepalen namelijk of een geveltuin op jouw adres mogelijk is. Op een smalle stoep of in een drukke winkelstraat is dat bijvoorbeeld lastig.
- Sla stap 1 t/m 2 niet over, want zonder toestemming kan het zijn dat jij straks blij bent met je geveltuin en de gemeente niet. Dan kun je je leuke planten weer uitgraven, en de tegels terugleggen. Zonde van al je moeite en het geld dat je hebt uitgegeven.
- Heb je groen licht van de gemeente, wip dan het eerste rijtje tegels uit de stoep. De tuin mag niet breder zijn dan de breedte van je woning. Bewaar de tegels. Ze zijn eigendom van de gemeente, en wellicht moeten ze er over een tijdje weer in als je gaat verhuizen en de nieuwe bewoner liever geen tuin voor zijn huis heeft. Stapel de tegels op en zet ze in een hoekje, gebruik ze als krukje, bankje of als piedestal voor een potplant.
- Leg een zeil op de stoep of zet een kruiwagen neer en pak een spade. Graaf het zand voorzichtig, om mogelijke (elektriciteits)kabels en (water)leidingen die voor je huis liggen niet te beschadigen, tot een halve meter diep uit. In sommige plaatsen helpt de gemeente hier zelfs bij, informeer zeker naar welke hulp je kunt krijgen. Meng het zand met tuinaarde, een verhouding van een deel zand op drie delen aarde is ideaal. Schep dit mengsel terug in het gat. (NB Tip: wil je weten welke grond je precies hebt? Doe de grondtest – en verbeter ‘m zo nodig)
- Voorzie je geveltuin van een opstaande rand langs de stoeptegels door middel van een hardhouten plank, een rijtje staande klinkers, of zet de tegels die je verwijderd hebt op hun kant in de grond. Zo spoelt de tuinaarde niet tijdens het begieten van de planten de stoep op. Maak aan de zijkanten van de tuin geen rand, dan kan regenwater vanaf de stoep zo de aarde in stromen.
- Planten groeien, in de lengte en in de breedte, en in een geveltuin is de ruimte beperkt. Kies dus bewust een paar vaste planten die je mooi vindt, die niet woekeren en die zich prettig voelen bij het aantal zonuren dat je tuin op een dag bereikt. Van een wat hogere plant die voor je raam verschijnt heb je ook in je woning plezier: je kijkt tegen groen aan in plaats van direct tegen de geparkeerde auto’s in de straat. Kies ook een groenblijver, voor een leuk aanzicht in de winter. Combineer deze planten met voorjaarsbollen als blauwe druifjes, boerenkrokus en sieruien, voor kleur en stuifmeel en nectar voor de bijen. Voor een boom is in je geveltuin geen plaats; de wortels werken al snel de trottoirtegels omhoog.
- Wil je de hoogte in? Een klimmer is ideaal. Informeer bij de bovenburen of die dit ook een leuk idee vinden, want sommige planten maken snelle meters. Vraag ook aan de huiseigenaar of je een pergola of latwerk tegen de gevel mag aanbrengen. Zo voorkom je dat een plant de regenpijp in een wurggreep houdt. Klimop, wingerd en klimhortensia hechten zich aan de muur, dat heeft de huiseigenaar vaak liever niet. Overleg deze keuze of begin met minder grof geschut en kies voor een druif, passiebloem, schijnaugurk, kamperfoelie, Toscaanse jasmijn, of clematis.
Meer tips voor een geveltuin, en inspirerende foto’s, vind je in Geluk zit in een groen hoekje. 
Geluk zit in een groen hoekje
We weten natuurlijk al lang hoeveel geluk een tuin brengt. Maar óók een smalle geveltuin, balkon of (dak)terras heeft al een positief effect op ons welzijn. Dat weten Suzanne de Boer en Nicolien de Rooij, auteurs van ‘Geluk zit in een groen hoekje’ ook. Nicolien combineert een moes-, speel- en dierentuin op de 66 vierkante meter achter haar huis. Suzanne komt vlinders en andere fladderaars tegemoet in haar volkstuin in Amsterdam. Met hun boek delen ze hun passie voor tuinieren, en maken ze die dosis fijne groene vibes voor iedereen toegankelijk. Want je hoeft echt niet over enorm groene vingers te beschikken, zo stellen ze: vergroenen kan echt iedereen. Stap voor stap, steeds een (mini)project erbij. Zo krijg je al snel heel veel plezier in tuinieren en wordt je eigen tuin een heerlijke groene plek waar je lekker pauze kunt nemen van je drukke leven. In dit boek vind je volop inspiratie, of je nu een (gevel)tuin, balkon of dakterras hebt. Suzanne de Boer en Nicolien de Rooij | Geluk zit in een groen hoekje | KNNV | € 24,95 | Meer info & bestellen via knnvuitgeverij.nl of je plaatselijke boekhandel. CREDITS: TEKST SUZANNE DE BOER & NICOLIEN DE ROOIJ | BEELD HANS MOOLENAAR & MARLOES BLOM
Meer tuintips
- De haag van witteregen is voor Joke Kuiperij het hoogtepunt van het voorjaar. Seasons vroeg haar hoe ze haar Wisteria zo prachtig kreeg én houdt. Bij deze haar drie tips voor een prachtige witteregen
- Het is bepaald geen gangbare tuin die tuin- en landschapsontwerper Carien van Boxtel aanlegde. Tussen de historische muren van haar stadstuin in hartje Zaltbommel creëerde ze haar eigen ‘hortus conclusus’. Het werd een heerlijke proeftuin vol geslaagde experimenten en voorjaarsbloeiers.
- In deze zonnige tuin van 6,5 meter breed en 14 diep was twee jaar geleden niet veel meer te zien dan een hobbelig grasveld. Tuinontwerpster Carolien Barkman zorgde ervoor dat de bewoners nu kunnen genieten van een kleurrijke bloemenweelde. Een kijkje in een inspirerende én onderhoudsvriendelijke Amsterdamse stadstuin.
