Rondkijken in een schilderachtige bos- en rotstuin

Marloes Blom

4 juni 2022

bos- en rotstuin

Als liefhebber van rotsplanten maakt Gerrit Raven het zichzelf niet makkelijk. In zijn Veluwse tuin is veel schaduw, terwijl veel van zijn botanische schatten juist zon-minnend zijn. Dankzij creatief tuinieren – en soms een beetje loslaten – ontstond een schilderachtige bostuin.

Een lint van paarse rododendrons siert de oprijlaan naar tuin Duinhof. Rechts grazen schapen in een zonnig weiland. Links ligt een gemengd loofbos van een hectare groot. Hier wonen Gerrit Raven en Marlies van der Veer te midden van hoge beuken, eiken en berken. Vijf jaar geleden verbouwden ze hun oude bungalow tot modern boshuis. Dankzij de hoge, glazen voorgevel stroomt hun bostuin regelrecht de woon- en werkkamer binnen.

In mei ontluikt hier een schilderachtige halfschaduwborder. Langs verzonken paden, bekleed met mos, bloeien hele tapijten van witte grootbloemmuur, blauwe Aubrieta’s en dubbele gele stinkende gouwe. Zonneharpen kleuren het loof van lelietjes-van-dalen, salomonszegels en hosta’s wisselend licht- en donkergroen. Tussen spontane paarse judaspenningen en roze pinksterbloemen staan botanische pareltjes als Trilliums, Arisaema’s en Shortia’s. Het bonte palet zorgt voor een weelderig, natuurlijk beeld. “We tuinieren niet op kleur”, licht Gerrit toe. “Om het simpele feit dat de omstandigheden hier zó slecht zijn, dat ik al lang blij ben dat er planten zijn die het goed doen. Het gevolg is dat een soort als de grootbloemmuur zich enorm uitbreidt. Die wandelt zo over al mijn dure plantjes heen. Maar het effect is overweldigend; alsof het heeft gesneeuwd in mei.”

bos- en rotstuin

Oude rabatten

De verdiepte paden die overal door de tuin lopen waren oorspronkelijk greppels die gegraven werden om bosbouw mogelijk te maken in een relatief nat gebied. Op de opgehoogde delen, de rabatten, werden bomen geplant. De geulen voerden het teveel aan water af richting de Zuiderzee. “Je kunt je nu niet meer voorstellen dat het hier vroeger zo nat was. In de afgelopen 34 jaar stond er één keer een flinke laag water in. En inmiddels is droogte hier een serieus probleem.”

Het is slechts een van de uitdagingen hier in de bostuin. Schaduw is een ander probleem. Zeker voor een rotsplantenliefhebber als Gerrit. “In de beginjaren was de noordkant van het huis relatief zonnig. Hier heb ik toen een rotsplantentuin aangelegd. Duizenden zelfgezaaide planten heb ik er uitgeplant. Zo ontstond een ontzettend leuke biotoop.” Helaas zag de tuinman zijn collectie in de afgelopen jaren letterlijk verschrompelen. “Veel mensen denken dat rotsplanten geen water nodig hebben. Het tegendeel is waar. Het droogteprobleem heb ik inmiddels aangepakt met een eigen bron voor beregening. Maar aan de schaduw kan ik weinig doen. De bomen mag ik niet zomaar kappen. Bovendien zijn we niet voor niets in het bos gaan wonen; we houden ook van de sfeer.”

bos- en rotstuin
Dankzij de oude rabattenstructuur in het bos ontstond een tuin met speelse hoogteverschillen. Links van het pad staat dwergrododendron ‘Curlew’.

Rotsplanten die tegen schaduw kunnen

Gerrit besloot mee te bewegen met de natuur. Hij zocht naar rotsplanten die ook schaduw kunnen verdragen, zoals leverbloempjes en Ramonda’s. Het maakt de rotstuin ook vandaag de dag spannend in zowel kleur, hoogte als structuur. Zo ligt hier aan de rand van de vijver een grote tufsteen uit Italië waarop varens, steenbreek en alpenleverbalsem zich hebben genesteld. Als een hunebedbouwer verplaatste Gerrit de steen door de tuin.

Tussen de tientallen rotsachtige stenen groeien allerlei soorten plantjes. Maar ook mos en onkruid, dat hier op de vierkante centimeter met een mesje wordt bestreden. “Je kunt er niet zomaar even met de schoffel doorheen.” Veel van de stenen maakte Gerrit opvallend genoeg zelf. “Stenen zijn erg kostbaar. Om budget over te houden voor plantjes en zaden, maakte ik zelf een mengsel van cement, zand en bladaarde. Dat goot ik in een gat in de grond. Na een paar weken groef ik die homp uit. Die hakte ik dan in stukken. Hypertufa’s worden deze natuurgetrouwe stenen wel genoemd. Rotsplanten kunnen zich er goed aan hechten.”

Pietepeuterig plantje

In zijn kwekerijtje probeert Gerrit ieder voorjaar een paar honderd nieuwe planten aan de gang te krijgen. Sommige soorten staan wel vier jaar in de wachtkamer voordat ze kiemen. “Vervolgens loop ik dan met zo’n pietepeuterig plantje door de tuin om een geschikte plek te vinden. Soms betekent het dat ik een gat moet boren in een rots. Daar pruts ik dan eerst wat gruis en klei in. Vervolgens zet ik daar het plantje in met een pincet. Met een beetje pech wordt hij er direct door een merel weer uitgepikt”, zegt Gerrit lachend. “Dan vind ik hem dus nooit meer terug. Of hij wordt overlopen door een van de woekerende bosplanten. Maar dat weerhoudt me er niet van om te zaaien. Ik vind het veel te leuk om planten te vermeerderen. En het geeft een kick als ik een heel moeilijk plantje toch aan de gang heb gekregen.”

Gerrit wijst op een absolute favoriet in de rotsplantentuin. De haast ultraviolette bloem van de Ramonda bloeit boven een decoratief bladrozet. Hij nam de plant ooit mee van een wandelvakantie in de Pyreneeën. “Deze schaduwplant hangt in het wild verticaal in rotsspleten. Ik zag er een paar op het pad liggen en heb ze meegenomen. Ze hebben zich hier goed uitgezaaid.” Gerrit gaat regelmatig zelf op pad om bijzondere rotsplanten te vinden. Ze trotseerden hij en Marlies de Olympusberg in Griekenland, op zoek naar een familielid van de Ramonda, de Jankaea, die alleen daar groeit. “Op een gegeven moment hielp de hele groep wandelaars ons met zoeken naar deze berenoren, zoals ze in Frankrijk worden genoemd. Zonder dat ze wisten waar ze eigenlijk naar zochten. Uiteindelijk vond ik ze tijdens de afdaling. Honderden groeiden er daar op een steen langs een klaterend beekje.”


Een van Gerrits favorieten is Ramonda myconi.

Decoratieve stapelmuurtjes

De creativiteit van Gerrit en Marlies leidde overal in de tuin tot spannende sferen. Zo bevindt zich naast de rotstuin in een diepe geul een keerwand van decoratieve stapelmuurtjes. De alpiene kas die hier stond rotte weg onder de bomen. Gerrit brak hem af, maar recyclede de bouwmaterialen. “De betonnen platen die de onderkant van de kas vormden, heb ik rechtop gezet. Vervolgens heb ik alle stenen en tegels die ik nog had liggen in compartimenten opgestapeld. Pure zuinigheid eigenlijk, maar tot mijn verbazing vinden veel mensen het ontzettend leuk. Er zouden mooie plantjes in moeten groeien, maar het is vooral de muurleeuwenbek die het hier geweldig doet.”

Dieper in het bos maakte Marlies, beeldend kunstenaar, een mostuin. Het groen van fijn haarmos en platmos ontrolt zich als een gemêleerd tapijt over de glooiende bosbodem. In een van de oude geulen maakte ze een Japanse grindrivier. “Voor Gerrit kan een tuin niet vol genoeg zijn”, vertelt Marlies. “Ik houd juist van leegte. Hier, onder de beuken, wilde helemaal niets groeien, behalve mos. Dat heb ik hier beetje voor beetje uitgezet. Met succes. Vooral in de winter is dit een prachtige groene wereld. En als de zon schijnt is het hier een spel van licht en schaduw.”

Recyclingtuin

Richting de rand van het bos wordt de tuin weer kleurrijker. Grote groepen hosta’s, Epimediums, aronskelken en salomonszegels gedijen uitstekend in de schaduw. Net als witte klaverzuring, die hier spontaan kruiste met een roze variëteit uit Amerika. Sommige planten hebben een bijzondere voedingsbodem. “Twintig jaar geleden las ik over een Engels experiment”, vertelt Gerrit. “Een rotstuin van kranten. Ik heb hier een hele stapel neergelegd en bekleed met mos. Tot mijn verbazing stonden er een jaar later allemaal orchideeën te bloeien. Daarna heb ik ze nooit meer gezien. Inmiddels is deze rots helemaal verteerd.”

Achter de rododendronwal, op het zonnigste randje van de tuin, ligt het nieuwste project van Gerrit. In deze ‘recyclingtuin’ heeft hij een nieuw biotoop gevonden voor zijn zon-minnende rotsplanten. In de kieren en spleten van gebroken flagstones, brokken puin en dakpannen ontluiken al de eerste veelbelovende resultaten. Allerlei soorten Raoulia’s, lage Alliumsoorten en anjertjes leggen een zilvergroene waas over de stenen. “Ik was in de afgelopen jaren langzamerhand van rotsplantenman omgeschakeld naar schaduwplantenman. Dankzij dit nieuwe stukje kan ik mijn verzameling weer verbreden.”

Naar Duinhof

Tuin Duinhof is voor bezoek geopend op 7 en 8 mei. Daarnaast zijn groepen vanaf maart op afspraak welkom voor een rondleiding. Ook het atelier van Marlies is op afspraak te bezoeken. Meer informatie: duinhoftuin.nl.

Over deze tuin

  • Tuinnaam: Duinhof, vernoemd naar vorige bewoners van het boshuis
  • Tuinstijl: natuurlijke bos- en rotstuin
  • Waar: Oldebroek, Gelderland
  • Grondsoort: humeus zand
  • Sinds: 1988
  • Afmetingen: perceel 1 hectare, tuin 5000 m2
  • Ligging: rondom een gemoderniseerde bungalow in het bos op de Veluwerand.
  • Bijzonder: collectie van circa 1000 soorten (schaduw)planten, zelfgemaakte stenen, verstilde mos- en varentuin, recyclingtuin
  • Ontwerp: Gerrit Raven
bos- en rotstuin
Tuinplattegrond: Pauline van Eijle

CREDITS: TEKST MIRJAM ENZERINK | FOTOGRAFIE SIETSKE DE VRIES | TUINPLATTEGROND PAULINE VAN EIJLE

Meer over een schadus- of bostuin